Een hele originele manier om eens terug te blikken op je leven. Paul Auster beschrijft het proces van ouder worden (hij is 63 jaar als hij dit boek schrijft) aan de hand van wat zijn lichaam allemaal heeft meegemaakt. Bijvoorbeeld de opgelopen kwetsuren gedurende zijn leven, waar nog littekens van te traceren zijn. Ook maakt hij een reis door de tijd door al zijn woonadressen te beschrijven. Wat heeft hij beleefd, wie heeft hij liefgehad. Hij maakt opsommingen, zoals hoeveel struikel-, valpartijen, beknelde vingers, gestoten tenen heb je gehad. Hoe vaak heb je met je ogen geknipperd, geniest, gelachen enz. Deze manier van overdenken brengt Paul Auster bij zijn eindconclusie: “Je bent de winter van je leven ingegaan.” Een confronterend , maar ook realistisch boek. Ik heb het met veel plezier gelezen.