La Chimera en mijn drie liefdes

Ooit begon mijn interesse voor Italië met het lezen van Rosita Steenbeeks boek ‘ Schimmenrijk’ . Dat boek ging over de Tombarili oftewel de grafrovers van Etruskengraven. Daarmee werd mijn liefde voor de Etrusken aangewakkerd. Onze vakanties naar Italië hebben zodoende vaak in het teken van de Etrusken gestaan. Als deze items dan in een film, mijn derde liefde, bij elkaar gezet worden, kan mijn middag niet meer stuk. Met la Chimera werd ik meegevoerd in het Italiaanse leven, de Italiaanse natuur en het leven in het schimmenrijk van de Etruskenjagers. Ik had een heerlijke middag!

Het verhaal in het kort: Arthur is een jonge Engelsman, meesterlijk gespeeld door Josh O’Connor. Hij ziet er wat haveloos uit in z’n verkreukelde witte zomerpak, eeuwige sigaret in de mondhoek. Hij deed eerder wetenschappelijk onderzoek als archeoloog, Nu is hij in Toscane en jaagt op hij kostbare juwelen uit de Oudheid om ze voor veel geld te verkopen op de zwarte markt voor verzamelaars. Op zijn tochten wordt Arthur vergezeld door een troep dakloze jongeren die hem helpen met opgraven; ze dragen Arthur op handen vanwege zijn feilloze vermogen om de kunstschatten van de Etrusken te vinden. Ondertussen maakt de Engelsman een verloren indruk; hij rouwt om het verlies van zijn grote liefde Beniamina.

De Italiaanse filmmaker Alice Rohrwacher (42) is in haar vierde speelfilm La chimera meteen herkenbaar aan haar stijl. Ze creeërt een plek waar grenzen tussen waken en dromen en heden en verleden op natuurlijke en onspectaculaire wijze zijn opgeheven. Ze mengt de meest tot de verbeelding sprekende stromingen in de Italiaanse filmgeschiedenis (van het naoorlogse neorealisme tot het expressieve surrealisme van Federico Fellini) tot haar persoonlijke, ingetogen variant van het magisch realisme.

9 gedachtes over “La Chimera en mijn drie liefdes

Plaats een reactie