De wandeling vanuit Zuiderwoude, langs het Markermeer en dan via Uitdam weer terug, ondernemen we wel een paar keer per jaar. Nu leek het ons leuk om daar te kijken of er al trekvogels zijn. Die hoek is een bekende verzamelplek, vanwaar ze naar verre oorden vertrekken. We zagen groepjes grauwe ganzen op het land vermengd met kieviten. Die laatste vlogen op voor ons, de ganzen gingen rustig door met foerageren. Het was er nog vrij stil. Dat zal daar met een paar weken wel heel wat drukker worden.

Van koeien word ik blij. Er lopen er nog genoeg buiten deze tijd van het jaar. Het geeft ook zo’n frisse aanblik, vooral de zwart-witte steken zo af tegen de groene weides. Hier hadden we te maken met vaarzen, jonge koeien, die nog niet gemolken hoeven te worden.

En nieuwsgierig zijn ze ook. Ze moesten eens even dichtbij kijken naar die rare snoeshanen, die daar voorbij liepen!

De blauwe reiger zat onverstoorbaar aan de waterkant, Opvallend was wel, dat er nergens een zilverreiger meer te bekennen was, terwijl die toch geen zeldzaamheid meer zijn in onze contreien. Maar dat klopt, want ’s zomers gaan ze weg, maar binnenkort zullen we ze weer zien om hier in onze weidegebieden te overwinteren. vooral de Oostvaardersplassen zijn daarvoor in trek.

Een kudde paarden bevolkte een weiland bij de windmolens. Dit had ik hier nog niet eerder hier gezien, een mooi gezicht.

In de buurt van Uitdam konden we wat dichter bij de dijkversterkings-werkzaamheden komen.

Het is voorlopig nog niet klaar daar, is de enige conclusie, die wij konden trekken.

De boeren net buiten Zuiderwoude hadden het druk met hooiactiviteiten.

Zoals altijd was het een gevarieerd rondje, waar we weer van genoten hebben.